primair

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord primair. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord primair, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je primair in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord primair is hier. De definitie van het woord primair zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanprimair, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • pri·mair
enkelvoud meervoud
naamwoord primair
verkleinwoord

Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als zelfstandig naamwoord

het primairo

  1. (geologie) (verouderd) geologisch tijdperk met grote verscheidenheid van leven in de zeeën
    • Zo werd b.v. de afstand tussen sporeplanten en zaadplanten aanmerkelijk ingekort door de ontdekking van de Pteridospermen uit het primair; de klove die de naaktzadigen van de bedektzadigen scheidde werd aanzienlijk verengd door het vinden van de Cycaöidae uit het secundair. [6]
  • Vóór 2006 was de spelling Primair. In specialistische publicaties blijft volgens de Taalunie spelling met een hoofdletter mogelijk, zie hier.
  • Volgens de standaard van de Internationale Commissie voor Stratigrafie heet dit tijdperk "paleozoïcum"[7]
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen primair primairder primairst
verbogen primaire primairdere primairste
partitief primairs primairders -

primair

  1. als eerste, de eerste plaats hebbende
     Ben & Jerry's had bij de overname door Unilever in 2000 bedongen dat het zijn eigen koers mocht blijven varen op het gebied van zijn sociale missie. Unilever werd daarbij primair verantwoordelijk voor financiële en operationele beslissingen. Volgens Unilever is Ben & Jerry's alleen in Israël verkocht. Het concern blijft eigenaar van het merk elders.[8]
  2. grondbeginselen betreffend
  3. de belangrijkste betreffend
  4. van oorsprong, oorspronkelijk
99 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[9]