Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord rijm. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord rijm, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je rijm in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord rijm is hier. De definitie van het woord rijm zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanrijm, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
znw1: erfwoord: Vanaf 1150 overgeleverd; Middelnederlands rijm, ontwikkeld uit Oergermaans *hrīman-, nevenvorm van *hrīpan-, beide uit vroeger *hrīmō (genitief hrīpaz), bij Indo-Europees *kréip-mōn- (gen. *krip-(m)n-ós), misschien van de wortel *kreh₁i- ‘zeven, scheiden’. Evenals Middelhoogduits rīm, Fries rym, Engels rime en IJslands hrím.
znw2: In de betekenis van ‘gelijke klank’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1240. Middelnederlands rīmev, rijmv/m ‘rijmregel, versregel, gedicht, dichtmaat, rijm’, ontleend aan Oudfrans rime ‘versregel’, zelf ontleend aan Oudfrankisch rīma- ‘reeks, aantal’.