Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
schalmeien. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
schalmeien, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
schalmeien in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
schalmeien is hier. De definitie van het woord
schalmeien zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
schalmeien, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als werkwoord
schalmeien
- inergatief een schalmei bespelen
- ▸ ⧖ Want nu wist Tistje, opeens, met één woord, dat de Paus die blije uren niet vergeten was, van over zóóvele jaren, toen ze saamzaten, de Paus nog een kind, tegen den heuvel, en schalmeiende saam, schalmeiende of 't plezier niet meer op kon!...[2]
- inergatief (figuurlijk) hard blazen of luid klinken
- ▸ Hoor het jonge bloed schalmeien,
nu de bekers ledig zijn:
zoeter min brengt zoeter pijn![3]
- ▸ Nu zagen zij hem lachen, juichen en stralen: zij hoorden zijne kreten schalmeien![4]
de schalmeien mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord schalmei
- ▸ De Janitsaren vormden destijds de keurtroepen van het Turkse leger. Tijdens plechtigheden en krijgsverrichtingen werden ze begeleid of aangevuurd door een ‘luidruchtig’ muziekkorps. In de 17de eeuw bestond dat uit o.a. trompetten, fluiten, schalmeien en een arsenaal aan slagwerk, zoals pauken, bekkens, triangels, allerhande trommen en zgn. schellenbomen (stokken met belletjes).[5]
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Heiruiker.” (1935), Bode van het H. Hart, Alken, p. 87
- ↑ Weblink bron
Alex Campaert
Het bruidsmaal in: De Gemeenschap., jrg. 10 nr. 1 (januari 1934), De Gemeenschap, Bilthoven, p. 35
- ↑ Weblink bron “De berg van licht.” (1905-1906), L.J. Veen, Amsterdam, p. 159
- ↑ Weblink bron
Hugo Heughebaert
‘Octophorus’ vertolkt Jantisarenmuziek in: Ons Erfdeel., jrg. 32 nr. 3 (mei/juni 1989), Stichting Ons Erfdeel, Rekkem / Raamsdonksveer, p. 455