stage

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord stage. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord stage, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je stage in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord stage is hier. De definitie van het woord stage zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanstage, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sta·ge
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘proeftijd’ voor het eerst aangetroffen in 1912
  • afgeleid van het Franse stage (met het achtervoegsel -age)
enkelvoud meervoud
naamwoord stage stages
verkleinwoord stagetje stagetjes

Zelfstandig naamwoord

de stagev / m

  1. (onderwijs) tijd gedurende welke een leerling of student onder begeleiding in de praktijk werkt als onderdeel van de opleiding, praktisch werken, praktijkstage
  2. meer in het algemeen verblijf b.v. hoogtestage, trainingsstage
  3. toneel (van het Engels) b.v. in stagemanager, stagediver, stagediving, backstage
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Bijvoeglijk naamwoord

stage

  1. verbogen vorm van de stellende trap van staag

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Engels

Uitspraak
enkelvoud meervoud
stage stages

Zelfstandig naamwoord

stage

  1. podium