Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
struiken. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
struiken, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
struiken in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
struiken is hier. De definitie van het woord
struiken zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
struiken, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
struiken
- (plantkunde) een struik gaan vormen, dicht bij de grond scheuten of blaadjes krijgen
- Door het mooie weer begon het gras al vroeg in het jaar te struiken.
- (verouderd) struikelen
- Geen mens is zo wijs, of hij struikt wel op 't gladde ijs. [1]
de struiken mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord struik
- ▸ Ik liep over rotsige bergen, begroeid met struiken en cactussen.[2]
98 % |
van de Nederlanders;
|
96 % |
van de Vlamingen.[3]
|