Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
tijdvak. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
tijdvak, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
tijdvak in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
tijdvak is hier. De definitie van het woord
tijdvak zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
tijdvak, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
het tijdvak o
- een begrensd deel van de tijd (tijdsinterval)
- In dat tijdvak zijn de winsten sterk gestegen.
- (geologie) een van de tijdperken waarin een periode verdeeld is
- In het huidige tijdvak (het holoceen, van 10.000 v. Chr. tot heden) wordt het klimaat warmer en vochtiger. [2]
- ▸ Decoraties en meubelstukken uit ver van elkaar verwijderde tijdvakken hingen en stonden elkaar met verwondering aan te staren.[3]
- aera, decade, decennium, eeuw, epoch, epoche, epoque, era, jaar, kwartaal, lustrum, millennium, milliade, perio, periode, semester, tijdperk, tijdsgewricht, tijdverloop, trimester, week
- etage (geologie)
100 % |
van de Nederlanders;
|
96 % |
van de Vlamingen.[4]
|