toeschouwer

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord toeschouwer. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord toeschouwer, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je toeschouwer in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord toeschouwer is hier. De definitie van het woord toeschouwer zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vantoeschouwer, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • toe·schou·wer
enkelvoud meervoud
naamwoord toeschouwer toeschouwers
verkleinwoord toeschouwertje toeschouwertjes

de toeschouwerm

  1. iemand die naar iets kijkt
    • De toeschouwers zagen hoe hij verdonk en belden direct 112. 
    • Het meest bewierookte team van de moderne tijd was na 79 minuten gedegradeerd tot een stelletje zeurende, struikelende toeschouwers in gele shirtjes", zo wordt Barcelona op de plek gezet. [2] 
  2. een bezoeker van een wedstrijd of een voorstelling
    • In het stadion waren veel toeschouwers aanwezig. 
100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]