trivium

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord trivium. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord trivium, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je trivium in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord trivium is hier. De definitie van het woord trivium zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vantrivium, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: trivia


  • tri·vi·um
enkelvoud meervoud
naamwoord trivium
verkleinwoord

het triviumo

  1. (filosofie), (taalkunde), (onderwijs) de drievoudige weg naar wijsheid (grammatica, retorica en logica), zoals die vroeger m.n. aan universiteiten werd onderwezen
    • Toen Cele (ca. 1350-1417) op deze school aan het werk ging, waren structuur en curriculum in overeenstemming met het gangbare patroon. Dat wil zeggen dat de drie vakken van het trivium (grammatica, retorica en logica) de basis vormden van het onderwijs dat aan kinderen vanaf vier jaar werd aangeboden. Die vakken hadden alle te maken met taal en taalbeheersing en literaire vorming, met het Latijn als uitgangspunt. [2] 
    • Verweij leidt de discussie, legt uit, inspireert: Klassikaal lesgeven is intensief, maar ik vind het zo makkelijk ze altijd maar zelf aan het werk te zetten.' Moet hij zich nog bewijzen? Trivium is echt zíjn vak, zíjn methode, zíjn titel. Verweij: De naam Trivium, drievoudige weg, komt van de oude Romeinen. Het vak bestaat uit grammatica, logica en retorica: die indeling heb ik aangehouden.' [3] 
    • De vakken van het trivium waren retorica, dialectica en grammatica – de gereedschappen die je nodig hebt om een argument op te bouwen, te presenteren en te beoordelen. Je moest standpunten en redeneringen in woord en geschrift tot je kunnen nemen, ze doorgronden en ondersteunen of bestrijden. Zo werd je bewust van je eigen waardensysteem, en kon je het ontwikkelen en tegenover anderen uitleggen en verdedigen. [4] 
83 % van de Nederlanders;
82 % van de Vlamingen.[5]
  1. trivium op website: Etymologiebank.nl
  2. Reformatorisch Dagblad Tom Hage 11-05-2017 Johan Cele, schoolmeester met een roeping
  3. NRC Lenneke van der Burg 18 maart 2006 Dieper, breder, sneller
  4. NRC Johan Schaberg 11 december 2010 Een waardevol initiatief dat het niet redde
  5. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


enkelvoud meervoud
trivium triviums / trivia

trivium

  1. (filosofie), (taalkunde), (onderwijs), trivium
  1. trivium (n.), Online Etymology Dictionary


trivium o

  1. (transport) driesprong
  2. (filosofie), (taalkunde), (onderwijs), (middeleeuws Latijn) trivium