uitroep

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord uitroep. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord uitroep, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je uitroep in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord uitroep is hier. De definitie van het woord uitroep zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanuitroep, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • uit·roep
enkelvoud meervoud
naamwoord uitroep uitroepen
verkleinwoord uitroepje uitroepjes

de uitroepm

  1. wat men uitroept, luid geuite woorden of klanken
    • Op het heuglijke nieuws liet ze een uitroep van vreugde. 
vervoeging van
uitroepen

uitroep

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitroepen
    • ... dat ik uitroep. 
98 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be