vijs

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord vijs. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord vijs, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je vijs in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord vijs is hier. De definitie van het woord vijs zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanvijs, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • vijs
enkelvoud meervoud
naamwoord vijs vijzen
verkleinwoord vijsje vijsjes

de vijsv / m

  1. ijzeren staafje of kegeltje met schroefdraad dat gebruikt wordt om voorwerpen vast te maken.
    • Te koop: muurhaken,nagels,vijzen en pluggen. 

vijs

  1. vies, vuil
vervoeging van
vijzen

vijs

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vijzen
    • Ik vijs. 
  2. gebiedende wijs van vijzen
    • Vijs! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vijzen
    • Vijs je? 
16 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[4]