Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
aandeel. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
aandeel, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
aandeel in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
aandeel is hier. De definitie van het woord
aandeel zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
aandeel, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- afgeleid van het werkwoord 'aendelen'
het aandeel o
- (economie) waardepapier dat de mede-eigendom in het vermogen van een onderneming bewijst
- Mijn vader heeft een aandeel in dat bedrijf en hoopt een goed dividend te krijgen.
- ▸ ‘Heb je er soms aandelen in? ’ vroeg Jeroen op een veel scherpere toon dan de bedoeling was.
- ▸ In 2009 steunt hij de club opnieuw met een lening, op voorwaarde dat hij de overige aandelen ook in handen krijgt als de club niet aan zijn betalingsplicht voldoet. Dat blijkt in 2010 aan de orde, waardoor Schouten voor 99 procent eigenaar wordt van Vitesse.
- (economie) persoonlijk aandeel in gemeenschappelijke handelingen of in gemeenschappelijk bezit
- gedeelte van iets
- Dit bedrijf heeft een groot aandeel van de markt in handen en kan dus ook de prijs van haar goederen naar eigen goeddunken opvoeren.
- ▸ Zijn aandeel aan de conversatie die zij op wilde zetten, was beperkt gebleven tot ‘ja’, ‘nee’ en ‘zou kunnen’.
99 % |
van de Nederlanders;
|
100 % |
van de Vlamingen.
|
aandeel
- (economie) aandeel