Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
abode. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
abode, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
abode in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
abode is hier. De definitie van het woord
abode zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
abode, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Afkomstig van het Middelengelse voltooid deelwoord abood, dat van abiden (wachten) komt.
abode
- domicilie, woning
- verblijfplaats, woonoord, woonplaats
- «A native of Trinidad of no fixed place of abode was arrested over the holidays for the offence of burglary.»
- Een inwoner van Trinidad zonder vaste woonplaats werd gearresteerd tijdens de feestdagen wegens inbraak.
- verblijf
- : of no fixed abode (homeless)
zonder vaste woonplaats
- : person of no fixed abode
een person zonder vaste woonplaats
zich metterwoon vestigen
- : without a fixed abode / without fixed abode
zonder vaste woonplaats
het recht van verblijf (woonrecht)
- : right of continued abode
het recht van verblijf
mijn bescheiden huis
woonplaats
woonplaats
abode
- verleden tijd van abide
- voltooid deelwoord van abide