bezorgen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bezorgen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bezorgen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bezorgen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bezorgen is hier. De definitie van het woord bezorgen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbezorgen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • be·zor·gen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
bezorgen
bezorgde
bezorgd
zwak -d volledig

bezorgen

  1. ditransitief iemand iets ~: bij iemand aan huis afleveren
    • Hij kreeg een groot pak bezorgd. 
  2. overgankelijk bij iemand veroorzaken
    • Je bezorgt me hartkloppingen met dat lawaai. 
     De schade en het verdriet die ze daarmee aan derden bezorgde waren compleet ondergeschikt.[1]
  3. overgankelijk goederen op een bepaalde plaats brengen, bestellen
    • Ik bezorg iedere week de boodschappen bij de mensen thuis. 
  4. overgankelijk verschaffen
    • Ik kan je alles bezorgen wat je nodig hebt. 
100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]