bite

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bite. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bite, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bite in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bite is hier. De definitie van het woord bite zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbite, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bite
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Engels
enkelvoud meervoud
naamwoord bite bites
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bite m

  1. de tactiele waarneming die men in de mond voelt bij het eten van voedsel
  2. een hapje voedsel
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie


Engels

Uitspraak
vervoeging
onbepaalde wijs to  bite 
he/she/it  bites 
verleden tijd  bit 
voltooid
deelwoord 		 bitten 
onvoltooid
deelwoord 		 biting 
gebiedende wijs  bite 

Werkwoord

bite

  1. bijten
    «The man was bitten on the leg while swimming with a spearfishing group.»
    De man werd tijdens het zwemmen met een harpoenvissergroep in het been gebeten.
enkelvoud meervoud
bite bites

Zelfstandig naamwoord

bite

  1. beet
Afgeleide begrippen


Frans

Uitspraak

Zelfstandig naamwoord

bite v

  1. (spreektaal) lul, pik [1]
  2. (spreektaal) klootzak, lul
    «C’est une vraie bite, ce mec.»
    Die kerel is een echte lul. [1]
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen

Verwijzingen

  1. ↑ 1,0 1,1
    Wouw, Berry van de
    , Woordenboek populair Frans - Nederlands. Woordenboek van het Frans dat u op school nooit leerde, 2e druk, Breda: Uitgeverij Arti-Choc, 2014; p. 29


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • bi·te
vervoeging
onbepaalde wijs bite
tegenwoordige tijd biter
verleden tijd bet
beit
voltooid
deelwoord 		bitt
onvoltooid
deelwoord 		bitende
lijdende vorm bites
gebiedende wijs bit
vervoegingsklasse Klasse 1 sterk
opmerking

Werkwoord

bite

  1. overgankelijk bijten
    «Hunden bet jenta.»
    De hond beet het meisje.


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • bi·te
vervoeging
onbepaalde wijs bite
bita
tegenwoordige tijd bit
biter
verleden tijd beit
voltooid
deelwoord 		bite
biti
onvoltooid
deelwoord 		bitande
lijdende vorm bitast
gebiedende wijs bit
vervoegingsklasse Klasse 1 sterk
opmerking

Werkwoord

bite

  1. overgankelijk bijten
    «Hunden bit ikkje!»
    De hond bijt niet!


Tsjechisch

Uitspraak
Woordafbreking
  • bi·te

Zelfstandig naamwoord

bite

  1. vocatief enkelvoud van bit
Gelijkklinkende woorden
Enciclo
Wikious
Sapientia
Scientia
Boobota
Anandapedia
Sagapedia
Wikithot