brem

• Geluid:  brem    (hulp, bestand)
• IPA: / brɛm / (1 lettergreep)

• brem

• erfwoord via Middelnederlands brem / breme mogelijk van Oudnederlands bremo, als deel van plaatsnaam aangetroffen vanaf 1173, in de betekenis van ‘plant’ aangetroffen vanaf 1240 ^{[1] [2] [3] [4]}

de brem m

1. (bloemplanten) Cytisus scoparius  een struikvormende soort uit de vlinderbloemenfamilie (Fabaceae ) met opvallende gele bloesem. De soort lijkt op de aanzienlijk zeldzamere gaspeldoorn, maar heeft geen doorns. De struik kan een hoogte van 2 m bereiken. De takken en twijgen zijn vijfkantig en niet behaard

   • In Bretagne komt veel brem voor. 

• vlinderbloemenfamilie, zaadplanten, fabiden, 'nieuwe' tweezaadlobbigen, bedektzadigen, landplanten, planten

• Duitse brem, gestreepte brem, heidebrem, kamerbrem, kruipbrem, pijlbrem, stekelbrem, verfbrem

• akkerbrem, bezembrem, heibrem, steekbrem, verversbrem

• blauwe bremraap, bremraap, grote bremraap, rode bremraap
• Bremberg, bremblauwtje, bremblindwants, bremgalmug, bremgeel, bremhaantje, bremkaartmot, bremknop, bremkokermot, bremkwastje, brempeul, bremraapwortelvlieg, bremscheutboorder, bremschildwants, bremsneeuwmot, bremspanner, bremsteilneus, bremsteltmot, bremstengel, bremstruik, bremtak, bremtop, bremtouw, bremvezel, bremvisstaartje, bremvlinder, bremzandbij, bremzegge, bremzout, gele bremkaartmot, gestreepte bremspanner, late bremspanner, oranje bremspanner, schimmelende bremgalmug, vale bremkaartmot, vroege bremspanner, zwarte bremblindwants

• Het woord brem staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "brem" herkend door:

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

•  brem op Wikidata
•  brem op "Wilde planten in Nederland en België" ♣