bui

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bui. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bui, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bui in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bui is hier. De definitie van het woord bui zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbui, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

(regen)bui
boze bui
Uitspraak
Woordafbreking
  • bui
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘neerslag’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1573
  • In de betekenis van ‘stemming’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1786
enkelvoud meervoud
naamwoord bui buien
verkleinwoord buitje buitjes

Zelfstandig naamwoord

de buiv / m

  1. (meteorologie) een kortstondige periode van neerslag
    • De plotselinge bui zorgde voor veel ongelukken op de weg. 
  2. (figuurlijk), (psychologie) een voorbijgaande stemming
    • Hij was in een slechte bui toen hij om drie uur 's nachts gebeld werd. 
    • Zijn buien van ongeduld waren verontrustend. Het gebrek aan ondernemingslust van de troepen werkte hem op de zenuwen.  
     Het daaropvolgende uur luisterden ze naar de regen, die afwisselend op de ramen tikte en kletterde. God had ook Zijn buien.
Uitdrukkingen en gezegden
  • De bui zien hangen
Voorzien dat iets niet goed zal aflopen
•  Max en Dennis zagen de bui al hangen. Hun ouders namen altijd samen de beslissingen.  
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Atjehs

Zelfstandig naamwoord

bui

  1. (evenhoevigen) varken Sus scrofa domesticus op Wikispecies


Indonesisch

Woordafbreking
  • bui
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Nederlands boei een kluister voor hand of voet, een werktuig om iemand gevangen te houden

Zelfstandig naamwoord

bui

  1. (spreektaal) gevangenis
Synoniemen


Papiaments

Woordherkomst en -opbouw
  • Van het Nederlandse boei.
enkelvoud of
impliciet meervoud
expliciet meervoud
  bui     buinan  

Zelfstandig naamwoord

bui

  1. (scheepvaart) boei
Schrijfwijzen
  • Schrijfwijze op Aruba: boei.