cover

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord cover. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord cover, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je cover in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord cover is hier. De definitie van het woord cover zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vancover, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • co·ver
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘hoes’ voor het eerst aangetroffen in 1969 [1]
  • van Engels cover [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord cover covers
verkleinwoord covertje covertjes

cover m o [3]

  1. omslag van een boek, cd of tijdschrift
    • Wie staat er deze week op de cover van de Times. 
     Verder speculeren was zinloos, omdat zijn kennis hiervan ophield bij de cover van modetijdschriften die bij de huisarts of tandarts lagen.[4]
  2. platenhoes
    • De cover van Sgt. Pepper's Lonely Heartclub Band is haast nog beroemder dan de plaat zelf 
  3. (muziek) nieuwe versie van een al langer bestaand lied, meestal ook gemaakt door een andere artiest
    • De band speelt vooral covers op bruiloften en partijen. 
vervoeging van
coveren

cover

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van coveren
    • Ik cover. 
  2. gebiedende wijs van coveren
    • Cover! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van coveren
    • Cover je? 
94 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[5]


  • Afkomstig van het Middelengelse woord coveren, dat van het Oudfranse woord covrir komt, dat weer van het Latijnse werkwoord cooperire (bedekken) komt.
Naar frequentie 546 (werkwoord)
vervoeging
onbepaalde wijs to  cover 
he/she/it  covers 
verleden tijd  covered 
voltooid
deelwoord
 covered 
onvoltooid
deelwoord
 covering 
gebiedende wijs  cover 

cover

  1. overgankelijk bedekken, toedekken
    «He covered her with a blanket.»
    Hij dekte haar toe met een deken.
  2. overgankelijk afdekken
    «To reheat the meal, cover and place in the microwave.»
    Om de maaltijd op te warmen, dek hem af en plaats hem in de magnetron.
  3. overgankelijk dekken
  4. overgankelijk afleggen
  5. overgankelijk zich uitstrekken over
  6. overgankelijk onder schot houden
  7. (media) rapporteren, verslaan, in het nieuws brengen
    «They decided not to cover the burning of corans.»
    Ze besloten het verbranden van korans niet in het nieuws te brengen.
Naar frequentie 1674 (naamwoord)
enkelvoud meervoud
cover covers

cover

  1. bedekking, deksel
  2. dekking
  3. (media) titelblad