gijzelaar

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord gijzelaar. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord gijzelaar, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je gijzelaar in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord gijzelaar is hier. De definitie van het woord gijzelaar zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vangijzelaar, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • gij·ze·laar
enkelvoud meervoud
naamwoord gijzelaar gijzelaars
(gijzelaren)
verkleinwoord gijzelaartje gijzelaartjes

de gijzelaarm

  1. een veelal onschuldig persoon die tegen de eigen wil door een gijzelnemer gevangen wordt gehouden en die bedreigd wordt met het doel iets van derden gedaan te krijgen
    • Voor die gijzelaar werd het gevraagde losgeld betaald. 
  2. (geschiedenis) persoon die aan de tegenpartij wordt uitgeleverd en er met zijn leven voor instaat dat afspraken zullen worden nagekomen
    • Dat Tassilo op zijn beurt zijn neef Karel niet helemaal vertrouwde, blijkt uit het feit dat hij niet van plan was zonder garanties te komen. Pas na overdracht van twaalf Karolingische gijzelaars was hij bereid om de rijksdag in Worms bij te wonen. [5]
100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[6]