høgde

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord høgde. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord høgde, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je høgde in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord høgde is hier. De definitie van het woord høgde zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhøgde, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.


  • høg·de
  • Afleiding van het Noorse bijvoeglijke naamwoord høg met het achtervoegsel -de
Naar frequentie zeldzaam
+ enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   høgde     m: høgden
v: høgda  
  høgder     høgdene  
genitief   høgdes     m: høgdens
v: høgdas  
  høgders     høgdenes  

høgde, m / v

  1. hoogte (van een voorwerp)
  2. de afstand tussen twee punten, waarvan een punt lager ligt
  3. (aardrijkskunde) breedtegraad
  4. (muziek) hoogte, toonhoogte
  5. de graad van een ontwikkeling
    «Jeg er ikke på høyden
    Ik ben niet op de hoogte.
  • høgde over havet
hoogte boven de zeespiegel
  • være på høgden av sin karriere
op het hoogtepunt van zijn carrière zijn

høgde, m

  1. (geologie) heuvel, heuvelrug, hoogte
  2. (grote) hoogte
  • flyr in stor høgde
op grote hoogte vliegen
enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   høgde     -     -     -  
genitief   høgdes     -     -     -  

høgde, m

  1. (sport) hoogspringen


  • høg·de
  • Afleiding van het Nynorske bijvoeglijke naamwoord høg met het achtervoegsel -de
vervoeging
onbepaalde wijs høgde
høgda
tegenwoordige tijd høgdar
verleden tijd høgda
voltooid
deelwoord
høgda
onvoltooid
deelwoord
høgdande
lijdende vorm høgdast
gebiedende wijs høgd
vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
opmerking

høgde

  1. verhogen
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   høgde     høgda     høgder     høgdene  

høgde, v

  1. hoogte (van een voorwerp)
  2. de afstand tussen twee punten, waarvan een punt lager ligt
  3. verdieping
  4. een hoger gelegen laag of streek
  5. (grote) hoogte
  6. (geologie) heuvel, heuvelrug, hoogte
  7. (muziek) hoogte, toonhoogte
  8. de graad van een ontwikkeling
  9. de hoogste punt
  10. (scheepvaart) positie of koers van een vaartuig ten opzichte van de windrichting
  11. (scheepvaart) breedtegraad
  12. (astronomie) hoek (bij de hoekmeting)
  13. (sport) hoogspringen
  • høgde over havet
hoogte boven de zeespiegel