heten

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord heten. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord heten, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je heten in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord heten is hier. De definitie van het woord heten zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanheten, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • he·ten
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘de naam dragen’ voor het eerst aangetroffen in 1200.
  • : Uit Middelnederlands hēten, heeten, ontwikkeld uit Oergermaans *haitan-, misschien bij een Indo-Europees wortel *ḱeid-, waartoe ook Ossetisch sidyn ~ sedun ‘roepen’ zou kunnen behoren. Evenals o.a. Nederduits heten, Duits heißen en Fries hjitte ‘bevelen’, hite ‘heten’.
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
heten
/'ɦe.tə(n)/
heette
(verouderd) hiet
/'ɦe.tə/
geheten
/ɣə.'ɦe.tə(n)/
zwak -t

gemengd
klasse 7

volledig

Werkwoord

heten

  1. koppelwerkwoord op een bepaalde wijze genoemd worden
  2. zelfstandig werkwoord in de betekenis 'de naam hebben'.
    • Hij heet Jan. 
     Het was altijd een feest als ik op een kleine waterbron recht uit de berg stuitte. Dit frisse water uit de ondergrondse meren (aquifers geheten) dronk ik direct uit de berg, zonder het te hoeven filteren.
     Ze heette heel toepasselijk Jetfighter en alle standaardvragen passeerden de revue: ‘waar kom je vandaan’, ‘wanneer ben je begonnen?’ en ‘hoeveel liter neem je mee?’.
  3. koppelwerkwoord een bepaalde reputatie hebben
    • Hij heet een goede leerling . 
Verwante begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • Het heet, dat...
Er wordt (al dan niet terecht) aangenomen dat iets het geval is
Vertalingen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
heten
/'ɦe.tə(n)/
heette
/'ɦe.tə/
geheet
zwak -t volledig

Werkwoord

heten

  1. overgankelijk heet maken
Hyponiemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.

Verwijzingen


Middelnederlands

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden tijd voltooid
deelwoord
enkelvoud meervoud
hēten hiet hieten geheten
klasse 7  volledig   

Werkwoord

hēten

  1. heten
  2. opdragen, bevelen
    «Doe bat hem die coninc ende hiet
    Dat hi blidelike voere.»
    Toen verzocht de koning hem en droeg hem op
    om op te monteren.

Verwijzingen

  1. 490-491 Floris ende Blancefloer