houder

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord houder. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord houder, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je houder in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord houder is hier. De definitie van het woord houder zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhouder, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • hou·der
enkelvoud meervoud
naamwoord houder houders
verkleinwoord houdertje houdertjes

de houderm

  1. iemand die een bepaald stuk/recht in handen heeft.
  2. iemand die dieren in bezit heeft
     Sinds 5 oktober is voor heel het land weer een ophok- en afschermplicht van kracht voor houders van pluimvee en andere vogelsoorten. De maatregel werd afgekondigd vanwege een toename van het aantal besmettingen in september en uit angst voor meer besmettingen bij voornamelijk wilde vogels. De plicht om vogels binnen te laten geldt niet alleen voor bedrijven, maar ook voor hobbyhouders.[2]
  3. een object dat iets vasthoudt.
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 19 oktober 2022 Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Grootste uitbraak vogelgriep tot nu toe: 300.000 vogels gedood in Heythuysen” (20 oktober 2022), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be