knots

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord knots. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord knots, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je knots in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord knots is hier. De definitie van het woord knots zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanknots, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • knots
  • In de betekenis van ‘zware stok’ voor het eerst aangetroffen in 1567.[1]
  • Uit Vroegnieuwnederlands knodse, knudse, een onder invloed van knodde ‘knoop, knobbel; knots’ nevenvorm van kodse ‘knuppel’, uit Middelnederlands cudse, codse, met intensieve s afgeleid van codde ‘testikel; knots’, waaruit Ndl. kodde.[2]
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen knots knotser knotst
verbogen knotse knotsere knotste
partitief knots knotsers -

knots

  1. idioot, gek
enkelvoud meervoud
naamwoord knots knotsen
verkleinwoord knotsje knotsjes

de knotsv / m

  1. een stok met een dikker uiteinde
    • De boze holbewoner sloeg met zijn knots op de rots. 
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]


knots mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord knot