kuip

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord kuip. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord kuip, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je kuip in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord kuip is hier. De definitie van het woord kuip zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vankuip, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • kuip
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘vat’ voor het eerst aangetroffen in 1277 [1]
  • Van het Latijnse cupa. [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord kuip kuipen
verkleinwoord kuipje kuipjes

de kuipv / m

  1. (techniek), (materiaalkunde) wijd, houten, metalen of plastic vat
    • In de kuip worden appels tot moes gemaakt. 
    • Bij de wijnproductie hebben houten kuipen plaatsgemaakt voor glimmende gistingstanks. 
  2. door de verwante vorm een voetbalstadion
  • weten wat voor vlees je in de kuip hebt
weten met wat voor mensen je te doen hebt
  • kuipje boter
vervoeging van
kuipen

kuip

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kuipen
    • Ik kuip. 
  2. gebiedende wijs van kuipen
    • Kuip! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kuipen
    • Kuip je? 
100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]


enkelvoud meervoud
naamwoord kuip kuipe

kuip

  1. kuip
  2. (sport) pit, plek voor onderhoud tijdens een auto- of motorwedstrijd
    «Tydens vanmiddag se kwalifisering, mag geen verstellings aan die motors gedoen word nie, daarom word motors elke vier tot vyf rondes in die kuipe verwag.»[1]
    Tijdens de qualificatie van vanmiddag mag er niets aan de motoren gesleuteld worden, daarom worden ze elke vier of vijf rondes in de pit verwacht.


  1. Bronlink Weblink bron
    Owen Kock
    “OFM, Motors en mooi meisies” (30 januari 2010)