Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
lande. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
lande, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
lande in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
lande is hier. De definitie van het woord
lande zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
lande, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
lande
- datief onzijdig van land, archaïsche vorm die in enkele staande uitdrukkingen voorkomt
iemand die erg stil en ingetogen is of iemand die zich bijna nooit ergens mee bemoeit
lande
- aanvoegende wijs van landen
lande
- enkelvoud verleden tijd van lannen
- Ik lande.
- Jij lande.
- Hij, zij, het lande.
lande
- aan de grond zetten, aanlanden, doen landen, landen, neerstrijken
lande
- nominatief onbepaald onzijdig meervoud van land
- Afkomstig van het Oudnoordse werkwoord land
- Afkomstig van het Oudnoordse werkwoord hland
lande
- onovergankelijk landen
- «En ugle landet mandag på en plattform i Nordsjøen.»
- Een uil landde maandag op een platform in de Noordzee.
- onovergankelijk op de wal halen
- onovergankelijk, (figuurlijk) kiezen voor
landen op
op handen en voeten landen
lande
- onovergankelijk (van huisdieren) plassen
- Afkomstig van het Oudnoordse werkwoord land
- Afkomstig van het Oudnoordse werkwoord hland
lande
- onovergankelijk landen
- «Ørna landa på hustaket.»
- De adelaar landde op het dak.
- onovergankelijk op de wal halen
- onovergankelijk, (figuurlijk) kiezen voor
landen op
- : lande fangstane i hamna
de vangst in de haven brengen
op handen en voeten landen
lande
- onovergankelijk (van huisdieren) landen