lompheid

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord lompheid. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord lompheid, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je lompheid in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord lompheid is hier. De definitie van het woord lompheid zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanlompheid, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • lomp·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord lompheid lompheden
verkleinwoord

de lompheidv

  1. grove onbeleefdheid
    • En zo voelt het ook voor de hoofdpersoon van de roman De meisjes waarmee de jonge Amerikaanse schrijfster Emma Cline dezer dagen furore maakt. Het gaat over een meisje dat van haar moeder leerde dat je pijn over routineuze lompheid hoort te verbijten „met beschaafd gedrag". [2] 
  2. domheid
    • „Op sommige punten is het einde van de beschaving nabij. De boertigheid en de lompheid hebben dit jaar vrij spel gehad. Het grove taalgebruik is in de politiek en de rest van Nederland geaccepteerd en wordt vrij toegepast.” [3] 
99 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[4]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. NRC Joyce Roodnat 30 juni 2016
  3. NRC Ron Rijghard 24 december 2009
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be