lære
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord lære. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord lære, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je lære in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord lære is hier. De definitie van het woord lære zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanlære, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
lære g
lære
- overgankelijk onderwijs geven, onderwijzen, iets leren aan iemand
- overgankelijk ergens kennis van opdoen, iets leren van iemand
- lære in: Det Danske Sprog- og LitteraturselskabDen Dankse Ordbog
op website:ordnet.dk
- læ·re
- Afkomstig van het Nederduitse woord lere
| Naar frequentie | 573 |
|---|
lære
- overgankelijk onderwijs geven, onderwijzen
- overgankelijk ervaren, leren
- overgankelijk als waar beweren, prediken, verkondigen
- lære av
- lære bort
- lære fra
- lære om
Zelfstandig naamwoord #1
| m/v #1 + #2 |
enkelvoud | meervoud | ||
|---|---|---|---|---|
| onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
| nominatief | lære | m: læren v: læra |
lærer | lærene |
| genitief | læres | m: lærens v: læras |
lærers | lærenes |
lære, m
- onderwijs, opleiding
- vak, wetenschap
- collectie van leerstellingen, theorie, wereldbeeld
- : opplæring
- : undervisning
- : vitenskap
- : anskuelse
- : ideologi
- : malerlære
- : skredderlære
- : helselære
- : samfunnslære
- : luthersk lære
- : den marxistiske lære
- : troslære
- : stå i lære hos noen (vere lærling)
leerling zijn
- : liv og lære (praksis og teori)
leven en leer (praktijk en theorie)
Zelfstandig naamwoord #2
| o #2 |
enkelvoud | meervoud | ||
|---|---|---|---|---|
| onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
| nominatief | lære | læret | lærer | læra lærene |
| genitief | læres | lærets | lærers | læras lærenes |
- : dybdelære
- : gjengelære
- : skyvelære
- læ·re
- Afkomstig van het Nederduitse woord lere
lære
- overgankelijk onderwijs geven, onderwijzen
- overgankelijk ervaren, leren
- overgankelijk als waar beweren, prediken, verkondigen
|
Zelfstandig naamwoord #1
| v #1 + #2 |
enkelvoud | meervoud | ||
|---|---|---|---|---|
| onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
| nominatief | lære | læra | lærer | lærene |
lære, m
- onderwijs, opleiding
- vak, wetenschap
- collectie van leerstellingen, theorie, wereldbeeld
- : opplæring
- : undervisning
- : vitenskap
- : målarlære
- : skomakarlære
- : skreddarlære
- : helselære
- : rettslære
- : samfunnslære
- : luthersk lære
- : den marxistiske læra
- : troslære
- : stå i lære hos nokon (vere lærling)
leerling zijn
- : liv og lære (praksis og teori)
leven en leer (praktijk en theorie)
Zelfstandig naamwoord #2
| o #2 |
enkelvoud | meervoud | ||
|---|---|---|---|---|
| onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
| nominatief | lære | læret | lære | læra |
- : lengdemål
- : måleverkty