meemaken

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord meemaken. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord meemaken, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je meemaken in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord meemaken is hier. De definitie van het woord meemaken zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanmeemaken, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • mee·ma·ken
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
meemaken
maakte mee
meegemaakt
zwak -t volledig

meemaken

  1. overgankelijk iets ~: getuige zijn van een gebeurtenis; beleven van een gebeurtenis
    • Jij hebt de oorlog niet meegemaakt. 
     Wij vonden 25 kilometer per dag al prima, terwijl jullie nu ruim 40 kilometer per dag doorjakkeren. Neem toch de tijd, zoiets maak je maar een keer in je leven mee. Het heeft me nooit losgelaten na al die jaren.’[1]
     Nog nooit had ik dit soort temperaturen meegemaakt.[1]
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]
  1. 1,0 1,1
    Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be