opschik

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord opschik. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord opschik, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je opschik in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord opschik is hier. De definitie van het woord opschik zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanopschik, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • op·schik
enkelvoud meervoud
naamwoord opschik -
verkleinwoord opschikje opschikjes

de opschikm

  1. tooi, versiering
vervoeging van
opschikken

opschik

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opschikken
    • ... dat ik opschik. 
81 % van de Nederlanders;
80 % van de Vlamingen.[2]