revelaar

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord revelaar. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord revelaar, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je revelaar in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord revelaar is hier. De definitie van het woord revelaar zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanrevelaar, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • re·ve·laar
enkelvoud meervoud
naamwoord revelaar revelaars
verkleinwoord

de revelaarm

  1. (verouderd) iemand die over onbelangrijke of onzinnige dingen praat
  2. (demoniem) iemand afkomstig uit Revel, vroegere benaming voor Tallin, de hoofdstad van Estland
  3. (landbouw) (verouderd) zaad van vlas, Linum usitatissimum op Wikispecies, zoals dat uit de Baltische landen werd ingevoerd
    Soms ook gebruikt voor armetierig graan
     Men spreekt van origineel zaaizaad, eerste nabouw (enter) en nabouw. Bij vlaszaad van : revelaar en revelaarskind.[7]
  4. (bouwkunde) (verouderd) lange balken uit hout van naaldbomen
  •  voor revelaar spelen
    anderen vermaken door zich als sukkel voor te doen
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 3 april 2022 Weblink bron
    I.M. Calisch, N.S. Calisch
    “Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal”, beschouwd als 1e druk van Van Dale (1864), H.C.A. Campagne, Tiel, p. 1114
  3. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  4. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  5. revelaar op website: Etymologiebank.nl
  6. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  7. Bronlink geraadpleegd op 4 april 2022 Weblink bron
    Linders, G.H.
    “Dictaten ten behoeve van het landbouwonderwijs II”, 12e druk (ca. 1940), Linders, 's Heerenberg