tapen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord tapen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord tapen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je tapen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord tapen is hier. De definitie van het woord tapen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vantapen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • ta·pen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
tapen
tapete
getapet
zwak -t volledig

tapen

  1. overgankelijk (sport) ter ondersteuning en bescherming omwikkelen (van lichaamsdelen) met sporttape
    • Het tapen van handen en armen helpt niet omdat renners de handen stevig rond het stuur moeten klemmen tegen de schokken. [2]
  2. overgankelijk met breed plakband vastmaken of sluiten
    • We plakken de onderkant dicht. En daarna de zijkanten. En daarna tapen we van binnen naar buiten meerdere lagen kleefband om het zakje, dat er uiteindelijk niet meer als zodanig uitziet. [3]
  3. overgankelijk vastleggen op film of magneetband
    • (…) bovendien nam ik talloze vergeten filmprogramma’s op, zoals de onder cinefielen zeer gewaardeerde inleidingen van Alex Cox en Mark Cousins op (cult)films. En daar zijn herinneringen aan verbonden: nachten van laat opblijven om mij toen nog onbekende meesterwerken te tapen. Die banden dan nu bij het grof vuil zetten voelt als een deel van mijzelf uitwissen. [4]
85 % van de Nederlanders;
72 % van de Vlamingen.[5]


vervoeging van
tapar

tapen

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van tapar
  2. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van tapar
vervoeging van
taparse

tapen

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van taparse
  2. gebiedende wijs (ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van taparse