Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
vestigen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
vestigen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
vestigen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
vestigen is hier. De definitie van het woord
vestigen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
vestigen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- In de betekenis van ‘stichten, nederzetten’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1323 [1]
vestigen
- stichten, beginnen, oprichten
- ▸ De herinnering aan de Nationale 7 wordt ook levend gehouden in kleine musea, vaak gerund door vrijwilligers. In een oude garage in Piolenc bij Orange is een charmant museum gevestigd met oude auto's, foto's, reclameborden en andere memorabilia.[2]
- richten.
- wederkerend zich ~ (van personen): er gaan wonen
- Zij vestigden zich bij de grootouders.
- ▸ We zaten een paar minuten zwijgend naast elkaar te roken op de trappen naar de weelderige entree van het ooit grandioze hotel waar ik van plan was mij voorlopig te vestigen, toen hij het woord tot mij richtte.[3]
100 % |
van de Nederlanders;
|
98 % |
van de Vlamingen.[4]
|
- ↑ "vestigen" in:
Sijs, Nicoline van der
, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Weblink bron
Peter Giesen
“Route Nationale 7, leuker dan de Route du Soleil” (30 juli 2014), de Volkskrant
- ↑ “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers , ISBN 978-90-295-2622-7, p. 11
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be