Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
aankomen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
aankomen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
aankomen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
aankomen is hier. De definitie van het woord
aankomen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
aankomen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
aankomen
- ergatief een bestemming bereiken
- U bent aangekomen in Overveen.
- ▸ Want stel je voor dat Sint hier in een ouwe, grauwe paardedeken was aangekomen. Hadden jullie hem dan herkend?[2]
- een kort bezoek brengen*
- Zullen we even aankomen als we toch in Zwolle zijn.
- treffen
- Het ongeval was harder aangekomen dan we aanvankelijk dachten.
- ergatief zwaarder worden
- Hij is de laatste paar maanden aardig aangekomen.
- dichterbij komen
- Zij hoorde de elektrische auto niet aankomen.
- aanraken
- Hoewel zijn ouders het hem verboden hadden, kwam de kleuter aan de knopjes in de lift.
- Nergens aankomen!
- emotioneel raken; emotioneel beroeren
- ▸ Winnaars creëren hun eigen geluk, verliezers hun eigen nederlaag. Geen wonder dat de consequenties van teleurstellende prestaties dan zo ontzettend hard aankomen.[3]
- aankomen aan: krijgen
- aankomen op: berusten op
- erop aankomen: beslissend zijn, van belang zijn
- aankomen met: met iets komen aandragen
- De betekenis 2 "een kort bezoek brengen" is vooral gangbaar in Nederland.
- "Toekomen" als synoniem voor de betekenis 1. "een bestemming bereiken" is vooral gangbaar in België.[4][5]
- er zit een mooie tijd aan te komen
vol hoop zijn dat er goede tijden komen
iemand geen kans gunnen
met je handen iets aanraken
- het ergens op aan laten komen
voorspellen
- ∗ Dat ze nu alweer terugkeert, zag ze daarom echt niet aankomen. "Ik had mijn spulletjes gepakt, ik had afscheid genomen. Ik heb een borrel gehad, een etentje gehad, een gouden horloge gehad. En ik ben weggegaan", aldus Van Veen, die een tijdje na haar afscheid plots een mailtje kreeg met de vraag of ze wilde komen "praten". "Natuurlijk wilde ik dat!"[6]
niet als excuus kunnen gebruiken dat
1. een bestemming bereiken
er zit een mooie tijd aan te komen
- Duits: es steht eine schöne Zeit bevor
|
ergens hard aankomen
- Duits: jemand hart treffen
|
100 % |
van de Nederlanders;
|
98 % |
van de Vlamingen.[7]
|