abrikoos

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord abrikoos. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord abrikoos, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je abrikoos in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord abrikoos is hier. De definitie van het woord abrikoos zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanabrikoos, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

v/m 1.: Een hele en een doorgesneden abrikoos.

m 1.: Een abrikoos in Duitsland.

Uitspraak

Geluid: abrikoos (hulp, bestand)
IPA: / ˌabriˈkos / (3 lettergrepen)

Woordafbreking

abri·koos

Woordherkomst en -opbouw

van Frans abricots (abrikozen) dat geïnterpreteerd is als een enkelvoudige vorm, in de betekenis van ‘vrucht’ aangetroffen vanaf 1625 ^[1] ^[2]

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	abrikoos	abrikozen
verkleinwoord	abrikoosje	abrikoosjes

Zelfstandig naamwoord

de abrikoos v / m

(fruit) vrucht van de boom Prunus armeniaca
- Abrikozen smaken heerlijk door de yoghurt.

de abrikoos m

(bloemplanten) bepaald soort boom, Prunus armeniaca . Er bestaan soortkruisingen tussen de abrikoos en de Japanse pruim. Deze soortkruisingen kregen namen als plumcot, aprium en pluot
- Aan de abrikoos zaten veel abrikozen.

Synoniemen

m: abrikozenboom

Hyperoniemen

prunus, rozenfamilie, zaadplanten, fabiden, 'nieuwe' tweezaadlobbigen, bedektzadigen, landplanten, planten

Verwante begrippen

Japanse abrikoos

Hyponiemen

perzikabrikoos, stamabrikoos, suikerabrikoos, zee-abrikoos

Afgeleide begrippen

abrikoosboom, abrikooskers, abrikooskleurig, abrikozenboom, abrikozenconfituur, abrikozengebak, abrikozengelei, abrikozenjam, abrikozenkroket, abrikozenpit, abrikozensap, abrikozensaus, abrikozenschil, abrikozensteen, abrikozentaart, abrikozenvla, abrikozenvlaai

Vertalingen

m 1. vrucht van de boom Prunus armeniaca

Afrikaans: appelkoos ^(af)
Albanees: kajsi ^(sq) v, zerdeli ^(sq) v
Arabisch: مشمش ^(ar) (misjmisj)
Armeens: Ծիրան ^(hy) (tsiran), պարկուկ ^(hy) (parkoek)
Azeri: ərik ^(az)
Baskisch: arbeletxeko ^(eu), abrikot ^(eu)
Beiers: marün ^(bar), aprikósen ^(bar)
Bengaals: খুবানি ^(bn) (choebanie)
Bulgaars: кайсия ^(bg) (kajsija) v
Catalaans: albercoc ^(ca) m
Chinees: 杏 ^(zh) (xing), 杏子 ^(zh) (xingzi), 杏實 ^(zh) (xingshi)
Corsicaans: baracucca ^(co) v
Deens: abrikos ^(da) g
Duits: Aprikose ^(de) v
Engels: apricot ^(en)
Esperanto: abrikoto ^(eo)
Estisch: aprikoos ^(et)
Faeröers: aprikosa ^(fa) v
Fins: aprikoosi ^(fi)
Frans: abricot ^(fr) m
Galicisch: albaricoque ^(gl) m
Georgisch: გარგარი ^(ka) (gargari), ჭერამი ^(ka) (tsjerami)
Grieks: βερίκοκο ^(el) (verikoko) o
Groenlands: abrikosi ^(kl)
Haïtiaans Creools: abiko
Hebreeuws: משמש ^(he) (misjmesj) m
Hindi: ख़ूबानी ^(hi) (xubani) v, ज़र्दालू ^(hi) (zardalu) m, ज़रदालू ^(hi) (zardalu) m
Hongaars: sárgabarack ^(hu), kajszibarack ^(hu)
Iers: aibreog ^(ga) v
IJslands: apríkósa ^(is) v
Indonesisch: aprikot ^(id) v
Italiaans: albicocca ^(it) v
Japans: 杏子 ^(ja) (あんず, anzu)
Jiddisch: אַפּריקאָס ^(yi) (aprikos) m
Kazachs: өрік ^(kk) (örık)
Koreaans: 살구 ^(ko) (salgu)
Kirgizisch: өрүк ^(ky) (örük), абрикос ^(ky) (abrikos)
Laotiaans: ໝາກຄາຍ ^(lo) (mak khai)

Latijn: armeniacum ^(la) o
Lets: aprikoze ^(lv) v
Litouws: abrikosas ^(lt) m*Macedonisch: кајсија ^(mk) (kajsija) v
Maleis: aprikot ^(ms)
Maltees: berquqa ^(mt) v
Mongools: чангаанз ^(mn) (tsjangaanz), гүйлс ^(mn) (goejls)
Napolitaans: crisòmmola
Bokmål: aprikos ^(nb) m
Nynorsk: aprikos ⁽ⁿⁿ⁾ m
Noord-Fries: aprikoos
Oekraïens: абрикoса ^(uk) (abrikosa) v, абрикoс ^(uk) (abrikos) m
Oezbeeks: oʻrik ^(uz)
Perzisch: زردآلو ^(fa) (zardaloe)
Pools: morela ^(pl) v
Portugees: abricó ^(pt)
Reto-Romaans: apricosa ^(rm) v
Roemeens: caisă ^(ro) v
Russisch: абрикос ^(ru) (abrikos) m
Sardisch: piricoccu ^(sc), barracocco ^(sc)
Schots-Gaelisch: apragod ^(gd) m
Servo-Kroatisch: ка̀јсија ^(sh), зердѐлица ^(sh), марѐлица ^(sh), kàjsija ^(sh), zerdèlica ^(sh), marèlica ^(sh)
Siciliaans: varcocu ^(scn) m
Sloveens: marẹ̑lica ^(sl) v
Slowaaks: marhuľa ^(sk) v
Spaans: albaricoque ^(es) m, chabacano ^(es) (Mexico) m, damasco ^(es) (Argentinië, Bolivia, Chili, Paraguay, Uruguay) m
Tadzjieks: зардолу ^(tg) (zardoloe)
Tagalog: albarikoke ^(tl)
Thai: แอพริคอต ^(th) (ɛ́p-prí-kɔ̀t)
Tsjechisch: meruňka obecná ^(cs)
Turkmeens: erik ^(tk)
Turks: kayısı ^(tr), zerdali ^(tr)
Venetiaans: armelin, baracòcolo/Baricòcolo, mugnaga
Vietnamees: mơ tây ^(vi), quả mơ ^(vi)
Welsh: bricyll ^(cy) v mv
Wit-Russisch: абрыко́с ^(be) (abrikos) m
Zweeds: aprikos ^(sv) g

v/m: 1. bepaald soort boom, Prunus armeniaca

Bulgaars: кайсия ^(bg) v
Frans: abricotier ^(fr) v

Spaans: albaricoquero ^(es) m

Gangbaarheid

Het woord abrikoos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "abrikoos" herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
99 %	van de Vlamingen.^[3]

Meer informatie

Zie Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

Enciclo

Wikious

Sapientia

Scientia

Boobota

Anandapedia

Sagapedia

Wikithot