Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
armen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
armen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
armen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
armen is hier. De definitie van het woord
armen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
armen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
de armen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord arm
- ▸ Luidkeels schreeuwend en wild zwaaiend met mijn armen hoopte ik de mensen voor me te doen stoppen, maar ze waren te ver vooruit en zagen me niet.[1]
de armen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord arme
- Iemand met open armen ontvangen
erg hartelijk ontvangen worden
slapen
- met de armen over elkaar zitten
niet werken, niets uitvoeren
- ∗ En dan kon je niet met je armen over elkaar blijven zitten.[3]
100 % |
van de Nederlanders;
|
100 % |
van de Vlamingen.[4]
|
armen
- meervoud van arm
armen, g
- bepaalde vorm nominatief enkelvoud van arm
armen
- meervoud van arm
armen
- meervoud van arm
armen
- nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van arm
armen
- nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van arm
armen
- meervoud van arm
armen
- aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van armar
- gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van armar
armen
- aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van armarse
- gebiedende wijs (ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van armarse
armen
- meervoud van arm
armen
- meervoud van arm
armen
- nominatief bepaald gemeenschappelijk geslacht enkelvoud van arm