av

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord av. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord av, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je av in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord av is hier. De definitie van het woord av zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanav, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • av
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord av avot
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de av m

  1. (Jiddisch-Hebreeuws) vader
  2. (Jiddisch-Hebreeuws) vijfde maand van het joodse jaar, in juli-augustus, elfde maand bij telling vanaf Rosj Hasjana
Verwante begrippen
Joodse kalendermaanden:
  •  tisjri   (september/oktober)
  •  chesjvan   (oktober/november)
  •  kislew   (november/december)
  •  tevet   (december/januari)
  •  sjevat   (januari/februari)
  •  adar   (februari/maart)
  •  nisan   (maart/april)
  •  iar   (april/mei)
  •  sivan   (mei/juni)
  •  tammoez   (juni/juli)
  •  av   (juli/augustus)
  •  eloel   (augustus/september)
Vertalingen
    2.   

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. ↑ Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands


Koerdisch

Zelfstandig naamwoord

av

  1. water o


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • av
Naar frequentie 27

Bijwoord

av

  1. af
Afgeleide begrippen

Voorzetsel

av

  1. door
  2. uit
  3. van


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • av

Bijwoord

av

  1. af
Afgeleide begrippen

Voorzetsel

av

  1. door
  2. uit
  3. van


Zweeds

Uitspraak
Naar frequentie 32

Voorzetsel

av

  1. door
  2. van
Enciclo
Wikious
Sapientia
Scientia
Boobota
Anandapedia
Sagapedia
Wikithot