blicke

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord blicke. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord blicke, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je blicke in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord blicke is hier. De definitie van het woord blicke zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanblicke, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • bli·cke
vervoeging
tegenwoordige tijd, aantonende wijs, bedrijvende vorm
hele vervoeging zie blicke/vervoeging
onbepaalde
wijs
blicke
verleden
tijd
(er) hot geblickt
voltooid
deelwoord
geblickt
enkelvoud meervoud
1e persoon ich blick mir / mer blicke
2e persoon du blickscht dihr / der
dihr / der
dihr / der
ihr / er
ihr / er
nihr / ner
blickt
blicke
blicket
blickt
blicke
blicke
3e persoon er blickt sie blicke
sie blickt
es blickt

: blicke

  1. onovergankelijk kijken

: blicke

  1. overgankelijk, (kookkunst) doppen
  • Buhne blicke
bonen doppen

: blicke

  1. overgankelijk ontbloten
  • die Zaeh blicke
de tanden ontbloten