bunke

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bunke. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bunke, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bunke in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bunke is hier. De definitie van het woord bunke zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbunke, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • bun·ke
  • Werkwoord: komt van de Deense uitdrukking "lægge i bunken"
  • Zelfstandig naamwoord : afkomstig van het Oudnoorse woord bunki (= scheepslading)
Naar frequentie 3997
stamtijd
onbepaalde
wijs
tegenwoordige
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
bunke
bunker
bunkede
bunket
volledig

bunke

  • bunke sammen
bijeenbrengen, verzamelen
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   bunke     bunken     bunker     bunkerne  
genitief   bunkes     bunkens     bunkers     bunkernes  

bunke, g

  1. berg, hoop, wirwar, zooi (ongeordend)
  2. stapel (geordend)
  3. (figuurlijk) massa
  • en bunke kvas
een hoop sprokkelhout
  • stor bunke
een grote berg
  • vende bunken
opnieuw beginnen

bunke, g

  1. (plantkunde) smele (plantengeslacht)


  • bun·ke
  • Werkwoord: komt van de Noorse uitdrukking "legge i bunken"
  • Zelfstandig naamwoord : Afkomstig van het Oudnoorse woord bunki (= scheepslading)
Naar frequentie 14252
vervoeging
onbepaalde wijs bunke
tegenwoordige tijd bunker
verleden tijd bunket
bunka
voltooid
deelwoord
bunket
bunka
onvoltooid
deelwoord
bunkende
lijdende vorm bunkes
gebiedende wijs bunk
vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
opmerking

bunke

  • bunke sammen gamle aviser
oude kranten stapelen
  • bunke seg op
zich opeenhopen
m
++
enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   bunke     bunken     bunker     bunkene  
genitief   bunkes     bunkens     bunkers     bunkenes  

bunke, m

  1. berg, hoop, wirwar, zooi (ongeordend)
  2. stapel (geordend)
  • vende bunken / snu bunken
opnieuw beginnen

bunke, m

  1. (plantkunde) smele (plantengeslacht)

bunke, m

  1. (landbouw), (gereedschap), (historisch) een lage, brede en ronde kom, om room van de melk zich afscheiden te laten