gehuwd

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord gehuwd. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord gehuwd, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je gehuwd in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord gehuwd is hier. De definitie van het woord gehuwd zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vangehuwd, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • ge·huwd
vervoeging van: huwen…
verbogen vorm: gehuwde

gehuwd

  1. voltooid deelwoord van huwen
stellend
onverbogen gehuwd
verbogen gehuwde
partitief gehuwds

gehuwd

  1. getrouwd
    • De gehuwde man mocht van zijn vrouw niet te laat thuiskomen. 
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be