Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
loer. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
loer, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
loer in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
loer is hier. De definitie van het woord
loer zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
loer, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
het loer o
- lokaas, lokmiddel; vooral gebruikt voor een namaakprooi in de valkerij
de loer v / m
- (pejoratief) dom of onhandig persoon
- (pejoratief) gemeen of listig persoon
- waakzame houding waarbij voortdurend wordt gekeken of actie nodig is
- misleiding, bedrog, grap
van iets naars dat het gereed is om zomaar te gebeuren
- • In de bocht bij het opdraaien van Côte du Beaver Hall vanaf Rue Saint-Antoine is het voor de zoveelste keer raak. KABOEM! De cd-speler slaat over. Oei, de klap kan nooit goed zijn voor het rechter voorwiel. "Ik geloof dat we de vering zojuist hebben achtergelaten," is de wrange standaardgrap bij een blik in de achteruitkijkspiegel. Maar pas op, want de volgende klap ligt op de loer. Blijf voor je kijken, want het wegdek van Montréal is een mijnenveld van zogenoemde nids de poule, ofwel 'kippennesten'. [11]
- • Binnenkort beginnen huisartsen weer met het toedienen de jaarlijkse griepprik. De doelgroep bestaat uit ouderen boven de 60 en mensen die kampen met hart- en vaatziekten, longziekten, diabetes, nieraandoeningen of een verminderde weerstand door andere ziekten. Het vaccin is een cocktail van virussen die de komende winterperiode op loer liggen.[12]
loer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van loeren
- gebiedende wijs van loeren
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van loeren
97 % |
van de Nederlanders;
|
95 % |
van de Vlamingen.[13]
|