Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
omlopen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
omlopen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
omlopen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
omlopen is hier. De definitie van het woord
omlopen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
omlopen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
omlopen [1]
- onovergankelijk via een omweg lopen
- ▸ Ik had 100 kilometer over de weg kunnen omlopen, maar dan zou ik door een gevaarlijke drugsbuurt lopen en daar had ik geen trek in.[2]
- onovergankelijk de hele kring om een middelpunt doorlopen
- overgankelijk omverlopen
- overgankelijk Met stromend water als subject, en een ruimte (land, streek, stad enz.) als object. Ze lopend omgeven, er om heen lopen. (zeer ongebruikelijk) [3]
- De Allerhoogste Heer zei: 'Neem dit paard Mijn zoon, het is het offerdier van uw grootvader, maar uw voorvaderen die tot as verbrandden, kunnen door niets anders worden gered dan door Gangeswater.'
Na Hem te hebben omlopen en zich tot Zijn voldoening voor hem te hebben verbogen, bracht hij het paard terug naar Sagara en werd met het dier de ceremonie afgerond. [4]
de omlopen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord omloop
- vervoeging van omlopen: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs)
omlopen
- voltooid deelwoord van omlopen
2. de hele kring om een middelpunt doorlopen
99 % |
van de Nederlanders;
|
99 % |
van de Vlamingen.[5]
|