stoep

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord stoep. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord stoep, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je stoep in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord stoep is hier. De definitie van het woord stoep zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanstoep, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • stoep
enkelvoud meervoud
naamwoord stoep stoepen
verkleinwoord stoepje stoepjes

de stoepv / m

  1. meestal stenen verhoging bij de ingang van een woning
    • Zij was de stoep aan het boenen. 
  2. (verkeer) vaak verhoogd onderdeel van een weg bedoeld voor voetgangers
    • De stoep was onbegaanbaar vanwege de vele losliggende tegels. 
    • Jaap loopt op de stoep. 
  3. horizontaal gemaakt vlak langs een waterkant, gebruikt voor werkzaamheden of als deel van een brug
  4. (waterbeheer) op- en afrit langs een dijk
  •  op de stoep staan
    zich nadrukkelijk presenteren en noodzakelijk een reactie vereisen
vervoeging van
stoepen

stoep

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stoepen
    • Ik stoep. 
  2. gebiedende wijs van stoepen
    • Stoep! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stoepen
    • Stoep je? 
100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[5]