Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
toog. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
toog, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
toog in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
toog is hier. De definitie van het woord
toog zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
toog, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- In de betekenis van ‘gewelfde bovenkant, overdekking’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1681 [1] [2]
- In de betekenis van ‘soutane’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1669 [1] [3]
- [4] [5]
de toog m [6] [7] [8] [9] [10]
- (kleding) ambtskleed voor misdienaars en geestelijken, soutane [11]
- tapkast
- (bouwkunde) dubbele segmentboog [12]
toog
- enkelvoud verleden tijd van tijgen
- Ik toog.
- Jij toog.
- Hij, zij, het toog.
toog
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van togen
- gebiedende wijs van togen
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van togen
93 % |
van de Nederlanders;
|
100 % |
van de Vlamingen.[13]
|