veeg

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord veeg. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord veeg, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je veeg in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord veeg is hier. De definitie van het woord veeg zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanveeg, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • veeg
enkelvoud meervoud
naamwoord veeg vegen
verkleinwoord veegje veegjes

de veegv / m

  1. klap
  2. vlek ontstaan door vegen
  3. slag of streek

"slag of streek"

  • Een veeg uit de pan krijgen
Zwaar beschimpt of berispt worden
enkelvoud meervoud
naamwoord veeg vegen
verkleinwoord veegje veegjes

de veegv

  1. een lastige en venijnige vrouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen veeg veger veegst
verbogen vege vegere veegste
partitief veegs vegers -

veeg

  1. niets goeds voorspellend
    • Dat is een veeg teken. 
  2. (verouderd) bijna dood
  3. (verouderd) zwak

"niets goed voorspellend"

  • Een veeg teken
Een slecht voorteken

"zwak"

  • Het vege lijf redden
Voor een gevaar vluchten, zichzelf in veiligheid brengen
  • Zo veeg zijn als een luis op een kam
In groot gevaar zijn.
vervoeging van
vegen

veeg

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vegen
    • Ik veeg. 
  2. gebiedende wijs van vegen
    • Veeg! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vegen
    • Veeg je? 
100 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[8]