wanbof

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord wanbof. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord wanbof, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je wanbof in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord wanbof is hier. De definitie van het woord wanbof zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanwanbof, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • wan·bof
enkelvoud meervoud
naamwoord wanbof wanboffen
verkleinwoord - -

de wanbofm

  1. ongelukje, pech, tegenslag, tegenvaller
vervoeging van
wanboffen

wanbof

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wanboffen
    • Ik wanbof. 
  2. gebiedende wijs van wanboffen
    • Wanbof! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wanboffen
    • Wanbof je? 
9 % van de Nederlanders;
7 % van de Vlamingen.[2]