Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
wees. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
wees, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
wees in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
wees is hier. De definitie van het woord
wees zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
wees, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
de wees v / m
- (minderjarige) persoon wiens vader en/of moeder is gestorven
wees
- gebiedende wijs van zijn
wees
- enkelvoud verleden tijd van wijzen
- Ik wees.
- Jij wees.
- Hij, zij, het wees.
- ▸ ‘Van Gooooo,’ klonk een tijdje later het trage zuidelijke Tennessee accent van Pogue, ‘Is er daar water?’ Ik knikte en wees naar beneden in de richting van de groene plas.[2]
wees
- partitief van de stellende trap van wee
100 % |
van de Nederlanders;
|
99 % |
van de Vlamingen.[3]
|
wees
- zijn, wezen