Schtock
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord Schtock. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord Schtock, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je Schtock in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord Schtock is hier. De definitie van het woord Schtock zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanSchtock, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Schtock
- : Afkomstig van het Oudhoogduitse woord stoc zn en het Middelhoodduitse woord stoc zn met herkomst uit het Germaans en Indogermaans
| enkelvoud (onbepaald) |
enkelvoud (bepaald) |
meervoud (onbepaald) |
meervoud (bepaald) | |
|---|---|---|---|---|
| nominatief | en Schtock | es Schtock | Schteck | die Schteck |
| datief | me Schtock | em Schtock | Schteck | de Schteck |
| accusatief | en Schtock | es Schtock | Schteck | die Schteck |
Schtock, m
- staf, stok
- wandelstok
- hoop, stapel
- (economie) fabriek
- (plantkunde) scheut, struik
- (bouwkunde) etage, verdieping
- (kleding) rok
-
: En Hund mit Stock
Een hond met stok -
: Stick
Wandelstokken
- lewendich Stock
het vee