aanpakken

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord aanpakken. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord aanpakken, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je aanpakken in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord aanpakken is hier. De definitie van het woord aanpakken zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanaanpakken, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • aan·pak·ken
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aanpakken
pakte aan
aangepakt
zwak -t volledig

aanpakken

  1. overgankelijk aanvatten
    • Kun je de dozen even aanpakken. 
  2. overgankelijk in rechte vervolgen, streng zijn
    • De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) gaat brievenbusfirma's harder aanpakken. [1] 
  3. overgankelijk (door hard werken) een probleem oplossen
     ‘Ik had het anders moeten aanpakken. ’ De zin klonk scherper dan voorzien.[2]

de aanpakkenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord aanpak
99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[3]