bid

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bid. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bid, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bid in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bid is hier. De definitie van het woord bid zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbid, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • bid
vervoeging van
bidden

bid

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bidden
    • Ik bid. 
  2. gebiedende wijs van bidden
    • Bid! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bidden
    • Bid je? 


vervoeging
onbepaalde wijs to  bid 
he/she/it  bids 
verleden tijd  bade 
 bad 
 bid 
voltooid
deelwoord
 bidden 
onvoltooid
deelwoord
 bidding 
gebiedende wijs  bid 

bid

  1. overgankelijk  bevelen ww , opdragen, sommeren
  2. overgankelijk uitnodigen

bid

  1. onovergankelijk, (financieel) een  bod zn  doen
  2. onovergankelijk een poging wagen
enkelvoud meervoud
bid bids

kid

  1. (financieel) aanbieding,  bod zn 
  2. poging