bidden/vervoeging

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bidden/vervoeging. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bidden/vervoeging, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bidden/vervoeging in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bidden/vervoeging is hier. De definitie van het woord bidden/vervoeging zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbidden/vervoeging, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
vervoeging van de bedrijvende vorm van bidden
onbepaalde wijs kort lang
onvoltooid tegenwoordig bidden te bidden
toekomend zullen bidden te zullen bidden
voltooid tegenwoordig hebben gebeden te hebben gebeden
toekomend gebeden zullen hebben gebeden te zullen hebben
onvoltooid deelwoord voltooid deelwoord gebiedende wijs aanvoegende wijs
biddend gebeden ev.
bid		 mv. verouderd
bidt		 bidde
aantonende wijs enkelvoud meervoud
onvoltooid eerste tweede derde eerste tweede derde
ik jij, je u gij, ge hij, zij, het wij, we jullie zij, ze
tegenwoordig (o.t.t.) bid bidt bidt bidt bidt bidden bidden bidden
verleden (o.v.t.) bad bad bad badt bad baden baden baden
toekomend (o.t.t.t.) zal bidden zult/zal bidden zult/zal bidden zult bidden zal bidden zullen bidden zullen bidden zullen bidden
voorwaardelijk (o.v.t.t.) zou bidden zou bidden zou(dt) bidden zoudt bidden zou bidden zouden bidden zouden bidden zouden bidden
voltooid eerste tweede derde eerste tweede derde
ik jij, je u gij hij, zij, het wij jullie zij
tegenwoordig (v.t.t.) heb gebeden hebt gebeden hebt/heeft gebeden hebt gebeden heeft gebeden hebben gebeden hebben gebeden hebben gebeden
verleden (v.v.t.) had gebeden had gebeden had gebeden hadt gebeden had gebeden hadden gebeden hadden gebeden hadden gebeden
toekomend (v.t.t.t.) zal gebeden hebben zal/zult gebeden hebben zult/zal gebeden hebben zult gebeden hebben zal gebeden hebben zullen gebeden hebben zullen gebeden hebben zullen gebeden hebben
voorwaardelijk (v.v.t.t.) zou gebeden hebben zou gebeden hebben zou/zoudt gebeden hebben zoudt gebeden hebben zou gebeden hebben zouden gebeden hebben zouden gebeden hebben zouden gebeden hebben
onpersoonlijke lijdende vorm gebeden worden
onvoltooid voltooid
tegenwoordig er wordt gebeden er is gebeden
verleden er werd gebeden er was gebeden
toekomend er zal gebeden worden er zal gebeden zijn
voorwaardelijk er zou gebeden worden er zou gebeden zijn



Verwijzingen

  1. ↑ De vervoeging van sterke werkwoorden bestaat uit de verledentijdsstam (verleden tijd enkelvoud) met uitgang -t (behalve als de stam al op een t eindigt). De klinker a wordt daarbij verdubbeld tot aa, indien de vorm niet eindigt op -d of -t.
Enciclo
Wikious
Sapientia
Scientia
Boobota
Anandapedia
Sagapedia
Wikithot