Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
effen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
effen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
effen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
effen is hier. De definitie van het woord
effen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
effen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- In de betekenis van ‘vlak, gelijkmatig’ voor het eerst aangetroffen in 1236 [1]
- [2]
effen [3]
- glad van oppervlak
- gelijk van kleur
- zonder het uiten van gevoelens
- Met een effen gelaat vertelde de man de grootste leugens.
effen
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van effenen
- gebiedende wijs van effenen
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van effenen
94 % |
van de Nederlanders;
|
94 % |
van de Vlamingen.[4]
|
effen
- even; zonder moeite , in korte tijd
effen
- even; zonder moeite , in korte tijd